Vitamines, mineralen en sporenelementen zijn ontzettend belangrijk (lees: onmisbaar) voor een goede gezondheid. Deze zogeheten micronutriënten hebben stuk voor stuk een specifieke functie en zorgen ervoor dat processen in je lichaam goed verlopen. Denk hierbij aan een goed werkend immuunsysteem, het op peil houden van je energie, het regelen van de vochtbalans, de productie van hormonen en een goede werking van zenuwen en spieren.
Essentiële voedingsstoffen
En nu komt het: vitamines, mineralen en sporenelementen moet je uit voeding halen, omdat ons lichaam het grootste deel niet zelf (of niet goed genoeg) kan produceren. Sterker nog, je kunt slechts 2 vitamines zelf aanmaken. Vitamine D wordt aangemaakt in de huid onder invloed van zonlicht en kleine hoeveelheden vitamine K maak je zelf aan in je darmen. That’s it.
Nu snap je meteen waarom vitamines, mineralen en sporenelementen in de categorie essentiële voedingsstoffen vallen. But there’s more! Ik heb alle ins and outs over deze onmisbare voedingsstoffen op een rijtje gezet.
De geschiedenis van vitamines
De naam vitamine is aan het begin van de 20ste eeuw bedacht door biochemicus Casimir Funk. Hij ontdekte dat sommige stoffen die stikstof bevatten onmisbaar waren voor een goede gezondheid. Het woord is dan ook een combinatie van het Latijnse ‘vita’ (leven) en ‘amine’ (stikstof bevattende stof, oftewel een eiwit). Toen later bekend werd dat niet alle vitamines stikstof bevatten was de term vitamine al in gebruik en is dit nooit veranderd.
Het verschil tussen vitamines en mineralen
Overigens is dit scheikundige verschil meteen het belangrijkste verschil tussen vitamines, mineralen en sporenelementen. Vitamines zijn organische stoffen uit de levende natuur en kunnen door sommige planten of dieren zelf worden aangemaakt. Mineralen en sporenelementen komen uit de dode natuur. Planten nemen deze stoffen op uit de aarde en dieren halen mineralen en sporenelementen op hun beurt uit voeding of water.
Welke vitamines zijn er?
Vitamines zijn in te delen in 4 vetoplosbare vitamines en 9 wateroplosbare vitamines. In totaal zijn er dus 13 stoffen die de naam vitamine hebben. Vetoplosbare vitamines vind je voornamelijk in het vet van voedingsmiddelen en kunnen worden opgeslagen in het lichaam (met name in de lever en vetweefsel).
Wateroplosbare vitamines zitten juist in het vocht van voedingsmiddelen. Ons lichaam kan deze vitamines niet goed opslaan (vitamine B12 uitgezonderd) en een eventueel overschot aan deze vitamines verlaat je lichaam dan ook via de urine, je plast deze dus uit.
Vetoplosbare vitamines
- Vitamine A: nodig voor een goede werking van de ogen, ondersteunt het immuunsysteem en is van belang voor een gezonde huid, haar en nagels.
- Vitamine D: nodig voor een goede calciumopname, ondersteunt een goede werking van spieren en het immuunsysteem en is daarnaast belangrijk voor de groei en het behoud van stevige botten en tanden.
- Vitamine E: werkt als antioxidant en beschermt op deze manier lichaamscellen tegen oxidatie, daarnaast speelt deze vitamine ook een rol bij het regelen van de stofwisseling in de cel. Ook draagt vitamine D bij aan een goed functionerend immuunsysteem.
- Vitamine K: nodig voor een goede bloedstolling en aanmaak van botten.
Wateroplosbare vitamines
- Vitamine B1 (thiamine): nodig voor de energieproductie van het lichaam en een goede werking van het zenuwstelsel en prikkeloverdracht van de zenuw naar de spier.
- Vitamine B2 (riboflavine): nodig voor de energieproductie van het lichaam, de afbraak van vetzuren en ondersteunt een goede celfunctie.
- Vitamine B3 (niacine): nodig voor de energieproductie van het lichaam en van belang in de vetstofwisseling.
- Vitamine B5 (pantotheenzuur): heeft een essentiële functie bij de opbouw en afbraak van eiwitten en vetten.
- Vitamine B6 (pyridoxine): belangrijk voor de aanmaak van rode bloedcellen, stimuleert de opname van vitamine B12, speelt een belangrijke rol bij de vorming van veel hormonen en is belangrijk voor met name de eiwitstofwisseling (opbouw en afbraak van aminozuren, de bouwstenen van eiwitten).
- Vitamine B8 (biotine): regulering van de glucose- en vetstofwisseling en is nodig om energie uit eten vrij te maken.
- Vitamine B11 (foliumzuur): nodig voor een goede celdeling.
- Vitamine B12 (cobalamine): nodig voor een goede werking van het zenuwstelsel en aanmaak van rode bloedcellen.
- Vitamine C (ascorbinezuur): werkt als antioxidant en is van belang voor de vorming van collageen, ondersteunt de opname van ijzer uit voeding en ondersteunt een goed werkend immuunsysteem.
Wat zijn mineralen?
Mineralen hebben een onmisbare regulerende functie in de stofwisseling en dienen als ‘kickstarter’ voor veel processen in het lichaam. Daarnaast zijn ze nodig als bouwstof van cellen, weefsels, enzymen en hormonen en zijn ze onmisbaar voor kinderen in de groei. Mineralen zoals calcium hebben een immers een belangrijke functie als bouwstof voor de vorming van botten en tanden.
Ons lichaam kan mineralen zoals magnesium, kalium en fosfor zelf niet aanmaken en dit betekent dat je deze essentiële voedingsstoffen dagelijks via je voeding binnen moet krijgen. Daar komt nog bij dat mineralen in het lichaam moeilijk afbreekbaar en opneembaar zijn als de omstandigheden niet goed zijn. Dit betekent simpelweg dat er verschillende vitamines en mineralen nodig zijn om een specifiek mineraal geschikt te maken voor opname in het lichaam.
- Calcium: nodig als bouwstof voor de vorming en onderhoud van botten en tanden. Nodig voor een goede werking van spieren, een normale bloeddruk en gezond zenuwstelsel.
- Magnesium: betrokken bij meer dan 300 biochemische reacties in het lichaam. Zo zorgt magnesium onder andere voor een goede werking van de spieren, ondersteunt het de energieproductie en helpt het je lijf bij het opbouwen van eiwitten. Maar magnesium is ook nodig bij de opbouw van bot en spieren en speelt ook een rol bij de overdracht van prikkels in spieren en in zenuwbanen.
- Fosfor: geeft (samen met calcium) stevigheid aan het skelet en is belangrijk voor het vrijmaken van energie in het lichaam.
- Kalium: regelt (samen met natrium) de vochthuishouding en bloeddruk in het lichaam en is van belang voor een goede werking van zenuwprikkels en samentrekken van spieren.
- Natrium: regelt (samen met kalium) de vochthuishouding en bloeddruk in het lichaam en is van belang voor een goede werking van zenuwprikkels en samentrekken van spieren, in het bijzonder de hartspier.
- Chloor: is meestal gebonden aan natrium in keukenzout. Is nodig voor de aanmaak van spijsverteringssappen (zoals pepsine in de maag) en regelt samen met natrium en kalium de vochthuishouding in het lichaam.
Wat zijn sporenelementen?
Bij een behoefte van slechts enkele milligrammen tot enkele microgrammen per dag spreken we van sporenelementen. Dit neemt niet weg dat hun aanwezigheid in het lichaam net zo belangrijk is als die van mineralen. Het verschil zit hem in de hoeveelheid die je lichaam van al deze stofjes nodig heeft. Van mineralen heb je simpelweg meer nodig dan van sporenelementen. Inmiddels wordt er aangenomen dat er 15 sporenelementen onmisbaar en dus essentieel zijn voor een goede gezondheid.
- IJzer: belangrijk voor onder andere de vorming van hemoglobine, een onderdeel van rode bloedcellen die op hun beurt zuurstof transporteren van de longen naar alle weefsels in het lichaam.
- Jodium: onmisbaar bij de productie van schildklierhormonen. Schildklierhormonen zijn onmisbaar voor een goede stofwisseling en goed werkend zenuwstelsel.
- Koper: betrokken bij de aanmaak van bindweefsel, nodig voor een goed werkend immuunsysteem en bevordert de opname van het co-enzym Q10.
- Zink: onmisbaar voor een goed werkend immuunsysteem, draagt bij aan een goede wondgenezing en noodzakelijk in de eiwit- en koolhydraatstofwisseling. Ongeveer 100 enzymen van de stofwisseling zijn afhankelijk van zink (o.a. de afbraak van alcohol).
- Mangaan: speelt een rol bij de energiehuishouding in het lichaam, nodig voor sterke botten en mangaan is nodig voor het goed functioneren van de eierstokken en testes; belangrijk voor de voortplanting dus.
- Selenium: belangrijk voor een goede werking van de schildklier, werkt als antioxidant en beschermt op deze manier lichaamscellen tegen oxidatie. Ook maakt selenium giftige stoffen zoals zware metalen onschadelijk.
- Fluoride: nodig voor de ontwikkeling (en bescherming) van botten en tanden.
Hoe kun je een vitaminetekort voorkomen?
Een lage weerstand, moeite met concentreren of (chronisch) vermoeid zijn. Wanneer je te weinig voedingsstoffen zoals vitamines en mineralen binnen krijgt dan kan dit negatieve gevolgen voor je gezondheid hebben. Maar hoe kun je een tekort nu eigenlijk voorkomen? Het antwoord is simpel: eet zoveel mogelijk vers, puur en onbewerkt en vergroot je inname van groente en fruit.
Tip van de dag: houd er rekening mee dat vitamines slecht tegen verhitting kunnen en het beter is om groenten te stomen, roosteren of slechts heel even te wokken zodat er minder vitamines verloren gaan.
En ben je druk, on the go, heb je weinig tijd of wil je gewoon eens makkelijk doen? Dan kun je kiezen voor Fit Green Hero van Orangefit.nl, een handige en complete alles-in-1 maaltijd die alle voedingsstoffen bevat die je lichaam nodig heeft. Dus ook alle vitamines en mineralen. Op deze manier voorkom je tekorten, houd je je gezondheid op pijl en heb je altijd iets makkelijks en verantwoords bij de hand.
0 reacties